Jas, de storende spits
Twee jaar geleden moest ze een keuze maken. Dat wil zeggen, Annedit Jas vond het als inwoonster van Breda teveel rompslomp om voor het hockey op en neer te blijven rijden naar Tilburg. En waar ga je dan hockeyen? “Bij Zwart Wit! Push is een goed georganiseerde club, maar te massaal. En bij HC Breda kende ik niet zoveel mensen. Zwart Wit heeft de naam een perfecte mix te hebben tussen prestatie en gezelligheid. Dat leek me wel wat. Ik moet ook zeggen dat het klopt. Hier is het niet het einde van de wereld als je een wedstrijd verliest.”
In haar eerste jaar bij Zwart Wit gebeurde dat nogal eens. “Vorig seizoen was het soms billenknijpen. We hebben echt moeten strijden om degradatie te ontlopen. Nu hebben we het beter onder controle. Ons team is homogener dan voorheen. Toen hadden we drie of vier speelsters waar het op het veld om draaide. Dat gaf problemen als die hun dag niet hadden. Tegenwoordig is het verschil in onderlinge kwaliteit kleiner”, weet de 38-jarige veteranes, die ooit in Waalwijk begon en vele jaren met Tilburg in de eerste klasse hockeyde.
Jas is momenteel bezig met haar laatste duels op het hoogste niveau. “Het is mooi geweest. Na de zomer ga ik in Dames 2 hockeyen. Ook redelijk serieus, hoor. Maar de verplichtingen zijn minder groot. Als projectmanager automatisering heb ik een drukke baan en het is ook weleens lekker om niet altijd te moeten. Maar ja, je wilt toch spelen en dan is er weinig keus. En de leeftijd speelt natuurlijk mee”, bekent Jas, die tegenwoordig in de punt van de aanval staat. “Bij Tilburg heb ik eveneens in de spits gespeeld, maar daarnaast ook jarenlang in de verdediging. Dat komt me op mijn huidige positie goed van pas. Ik weet hoe een verdedigster denkt. Nee, ik ben zeker niet een pure afmaakster. Ik ben geen scorende, maar een storende spits.”
In de optiek van Jas is sport is meer dan een leuk tijdverdrijf, maar toch niet belangrijk genoeg om dit te laten prevaleren boven haar studie en werk. Vandaar de leemte van tien jaar op haar sport-cv. “Ik studeerde in Leeuwarden en in de weekenden draaide ik diensten als medewerkster van Het Land van Ooit. Zoals je het niet kunt maken om je teamgenoten in het hockey in de steek te laten, kun je het andersom ook niet maken ten opzichte van je collega’s. Pas toen ik weg was bij Het Land van Ooit pakte ik de hockeydraad weer op.” Bij Tilburg, toch haar clubje. “Aan de ene kant wel, dat kan ook niet anders. Toch vond ik de mentaliteit daar niet altijd okay. De mannen speelden in de hoofdklasse, maar wij met Dames 1 in de eerste klasse. En telkens als wij een wedstrijd verloren, kwamen die opmerkingen weer. ‘Waarom stoppen wij eigenlijk nog geld in die dames?’ Wat dat betreft is de ambiance op Zwart Wit een verademing.”
Zie ook Hockeyjournaal West Brabant