‘Sociale aspect plus sport is hockey’
Hij geeft toe dat hij Push soms mist. Niet zozeer de club, maar wel inzake de omstandigheden waaronder het spel wordt gespeeld. Betere medespelers, betere velden, kortom: een hoger niveau. Maar aan de andere kant zegt Miel Vugts dat die momenten steeds minder vaak voor komen. De 26-jarige Bredanaar voelt zich op zijn gemak bij Etten Leur. Waar hij naast het aanvoerderschap van Heren 1 ook trainingen verzorgt voor diverse teams.
Met Push hockeyde Vugts in de Overgangsklasse. Vanuit de jeugd had hij een plaatsje bemachtigd in de selectie. Studie en een serieuze blessure noopten hem tot een keuze. “Ik heb problemen met mijn heupgewricht en zal daardoor altijd tegen bepaalde beperkingen oplopen. Je kunt je voorstellen dat zoiets op een hoger platform niet kan. Daarvoor moet je honderd procent fit zijn”, aldus de organisatiewetenschapper.
Dus oefent Miel Vugts zijn hobby uit bij Etten Leur, de club waar zijn vader Mario voorzitter is. Met Heren 1 spraken zij af dit seizoen voor een stekje bij de eerste drie te gaan. In dat opzicht ligt Etten Leur aardig op koers. “We hebben een vrij jong team. Dat betekent zoals vaak dat de constantheid een beetje ontbreekt. De echt scherpte op de bepalende momenten is er ook niet altijd. Maar dat is verklaarbaar en daar wordt aan gewerkt. Het mooie aan dit verhaal voor mij persoonlijk is dat ik nu samenspeel met jongens, die ik in het verleden getraind en gecoacht heb. Toch een bijzondere gewaarwording, nog steeds.”
Dat trainen en coachen omschrijft Vugts als een enigszins uit de hand gelopen hobby. Jongens A1 heeft hij momenteel onder zijn hoede, terwijl Vugts ook Dames 1 wat probeert bij te brengen. “Dat gebeurt allemaal in een leuke sfeer en dat vind ik belangrijk. Het sociale aspect en de sport vormen voor mij tezamen het pakket hockey. Wat dat aangaat zit je goed bij een vereniging als Etten Leur. Hier ondervind je minder grenzen tussen de teams onderling. Geloof me, Push is een prima georganiseerde club. Maar dat je daar als selectiespeler afgezonderd van de rest een broodje zat te eten, was tekenend voor de ambiance. Die ik dus niet als slecht kwalificeer, maar wel als anders.”