Popelen
foto Geert van Erven
Arjan Swinkels stapt vrijdag met een goed gevoel in de bus richting Veendam. Met hem – in andere voertuigen – circa 300 Tilburgse fans. “Prachtig toch, en dat voor de meest verre uitwedstrijd.” De aanvoerder van Willem II staat te popelen om te beginnen aan het avontuur dat Jupiler League heet. “Dat geldt denk ik voor de hele groep. De voorbereiding is aardig verlopen, maar de komende weken zullen uitwijzen waar Willem II werkelijk staat.”
De concurrentie en de kenners weten dat al. Over het algemeen wordt Willem II door hen als titelkandidaat nummer één ingeschaald. “Dat mogen ze ook zeggen en het is altijd lekker om de druk ergens anders te leggen. Maar historisch gezien is het geen vanzelfsprekendheid gebleken dat de degradant uit de eredivisie meteen eventjes kampioen wordt. Zie Sparta, zie Volendam. Wij willen zoveel mogelijk wedstrijden winnen en zo lang mogelijk meedoen. Maar met een kampioenschap houden wij ons momenteel echt niet bezig.”
Swinkels verwacht dat de verhoudingen begin september – dus ook na de sluiting van de transfermarkt – duidelijker zullen zijn. Hij zegt dat niet te bedoelen met een knipoog naar zijn eigen situatie. Zoals bekend loopt zijn contract met Willem II medio 2012 af en Swinkels heeft ambities richting het hoogste niveau. “Jawel, maar als er niks speelt, houdt het op. En er speelt niets. Ik houd me puur bezig met Willem II. Met volle overgave. Er staat een leuke groep, die bovendien heel graag wil.”
Ironisch zegt hij ‘niet ontevreden te zijn’ met het aantrekken van Stephan Keller, zijn nieuwe maat in het centrum van de verdediging. “Terwijl ik zelf natuurlijk ook nog niet zo heel lang op niveau speel, heb ik de laatste seizoenen met jongens als Rens van Eijden en Bart Biemans vooral jonkies naast me gehad. In dat opzicht is zo’n ervaren kracht als Keller wel even iets anders.” Deze week bekeek de Tilburgse selectie beelden van Veendam. “Gewoon ter info, over hoe zij spelen. Teveel aandacht schenken we daar zeker niet aan. Want in tegenstelling tot wat ik de laatste jaren gewend ben, gaat dit Willem II vooral uit van eigen kracht. Laat de tegenstanders zich maar aan ons aanpassen.”
1
2