Dankzij en ondanks
De laatste tijd gaat het allemaal een stuk stroever, maar niettemin blijft Nuenen gezien de ontwikkelingen gaandeweg titelkandidaat nummer één. Zegt Tommy Jacobs, met zijn 29 jaar de nestor van de eersteklasser. “Al hebben we geluk dat de concurrentie ook geregeld steken laat vallen.” Dankzij en ondanks dit alles staat Nuenen er in verliespunten zo goed voor, dat de weg naar een plaatsje in de hoofdklasse alleen door eigen toedoen gedwarsboomd lijkt te kunnen worden. “Dit mogen we niet meer uit handen geven.”
Donderdag werkt Nuenen het restant (38 minuten) van de eerder gestaakte wedstrijd tegen Vlissingen af. “We beginnen met een 2-1 voorsprong tegen 9 spelers.” Zo, dat zijn alvast drie punten. Toch? “Het blijft voetbal, hè”, reageert Jacobs niettemin voorzichtig. Zoals ook de insteek voorafgaand aan dit seizoen aan de voorzichtige kant was. “Bovenin meedraaien was het plan. Vergeet niet dat wij een vrije jonge ploeg hebben. Inmiddels kennen we onze tegenstanders en hoewel Brabantia een sterk collectief heeft, vind ik Nuenen in voetballend opzicht de beste ploeg in deze klasse. Maar in deze fase blijkt ook dat je alleen op basis daarvan de wedstrijden niet wint. Bij WSC stonden we zondag met 0-2 voor, maar werd het toch nog 2-2. Persoonlijk heb ik geen last van druk, maar ik kan me voorstellen dat dit thema wel meespeelt.”
“Misschien een bepaalde vorm van gemakzucht.” Jacobs vermoedt dat die karaktertrek hem een carrière in het betaalde voetbal heeft gekost. “Bij PSV kwam ik uiteindelijk tekort. Ik mocht op een gegeven moment met de selectie meetrainen, maar dat niveau was een brug te ver voor mij. Maar bij FC Eindhoven was dat niet het geval. Achteraf beschouwd had ik er wellicht meer energie in moeten steken. En je kent de wetmatigheid: ergens komen is al moeilijk, maar er blijven nòg moeilijker.” Jacobs had nadien uitstapjes naar JVC Cuijk en Roda Boys, maar Nuenen blijkt uiteindelijk zijn vaste uitvalsbasis te zijn. “Je weet nooit hoe het loopt, maar normaal gesproken blijf ik bij Nuenen”, aldus de Helmonder, die van huis aanvallende middenvelder is maar tegenwoordig als diepe spits fungeert. “Als aanspeelpunt, hoor. Ik ben en blijf een echte voetballer.”