Met de neus in de boter
Ja, hij had wel even in zijn rats gezeten nadat het bestuur van WNC hem begin februari mededeelde er geen vijfde seizoen bij de zaterdagtweedeklasser aan vast te plakken. “Op dat tijdstip zijn de meeste plaatsen natuurlijk al vergeven”, zegt Marcel van Helmond in de wetenschap dat het nadien toch nog goed kwam voor hem. “Ik heb geluk gehad. IFC een stap voorwaarts? Maak er maar drie van.”
Woensdag werd Van Helmond gebeld door de voorzitter van de eersteklasser uit Hendrik Ido Ambacht – afgelopen seizoen gedegradeerd uit de Hoofdklasse A – en zaterdag werden club en trainer het al eens. “De huidige trainer kondigde aan in verband met zijn werk straks onvoldoende tijd te kunnen vrijmaken. Eerlijk gezegd kende ik de club niet, maar zij bleken mij al een tijdje te volgen. Nu ik de mensen gesproken heb en de faciliteiten gezien, kan ik niet anders dan onder de indruk zijn. Zondag heb ik het eerste en tweede elftal aan het werk gezien en dat oogde veelbelovend. Hier lopen goeie voetballers. Daarnaast speelt de jeugd op een heel behoorlijk niveau en is er gestructureerde doorstroming naar de senioren.”
Unaniem positief
En zo is Van Helmond met de neus in de boter gevallen, zoals dat heet. “Zowel WNC als ik twijfelde. Toch had ik in mijn achterhoofd rekening gehouden met een extra seizoen. Wat mijns inziens ook had gekund. Hun besluit gaf me wat kopzorgen. Ik had intussen weliswaar twee opties lopen als hoofd van de jeugdopleiding, maar wilde het liefst in het seniorenwereldje actief blijven. Als je daar een jaar uit bent, is dat niet bevorderlijk voor je carrière. En dan is het geweldig als dit ineens op je pad komt. Aan alles merk je dat er een beleid achter zit bij IFC. Vijftien jaar geleden was de club op sterven na dood. Een groep van vijf mensen heeft toen de nek uitgestoken en kijk waar de club nu staat. Veelzeggend is dat vier van die vijf personen nog steeds actief zijn. Die tekenen van stabiliteit spreken mij aan. Collega-trainers waren bovendien unaniem positief over IFC.”