‘Begrotingen zeggen niet alles’
Hardop wordt het k-woord bij Kozakken Boys niet echt uitgesproken. Hooguit met een k-winkslag. Desondanks raadpleegde Leon Bot deze week het nakende wedstrijdschema van de Topklasse. “We krijgen nu achtereenvolgens Excelsior’31 en Sneek thuis. Terwijl de concurrentie elkaar treft. Kunnen we wellicht toch stiekem een gaatje slaan”, verwijst de middenvelder naar de hoe dan ook verrassende eerste plek van de Boys en de mogelijke versteviging ervan.
Of is de omschrijving verrassend niet de juiste? “Daar zijn de meningen over verdeeld. Je leest her en der dat het eigenlijk niet kan dat Kozakken Boys met deze begroting bovenaan staat. Dat we met andere woorden een beetje boven onze stand leven. Naast het gegeven dat begrotingen lang niet altijd zaligmakend zijn, doet men ons met die kwalificatie tekort, vind ik. Tot nu toe ben ik namelijk nog geen elftal tegengekomen waarvan ik ernstig onder de indruk was. Ik bedoel, het waren teams waar van wij bij voorbaat sowieso niet hoeven te verliezen.”
Degenen die de doorgaans nuchtere Bot een beetje kennen, weten dat zijn constatering niet op lucht gebaseerd is. Het groeiende geloof in eigen kunnen, een proces dat vorig seizoen in het debuutjaar in de Topklasse al was ingezet, is bovendien toegenomen door de komst van Theo Lucius en Danny Buijs. “Soms hoor je verhalen over ex-profs bij andere amateurclubs die uiteindelijk niet zo heel veel toevoegen of zelfs een verkeerde invloed hebben. Nou, daarvan is bij Theo en Danny dus absoluut geen sprake. Die mannen zijn bloedfanatiek, eisen het maximale. Van zichzelf, maar ook van hun teamgenoten. In het veld heb ik Lucius achter me en loopt Danny naast me. Dan zit een moment van verslapping er niet echt in, hoor. En als je toch even niet scherp bent, krijg je dat direct en op niet mis te verstane manier te horen”, spreekt Bot uit ondervinding.
Hoe mooi het seizoen tot dusver ook verloopt voor de Werkendammers, smetjes zijn er ook geweest. Zoals de nederlaag tegen Capelle, waardoor de periodetitel aan de neus voorbij ging. “Uitgerekend in die wedstrijd brachten we in het eerste halfuur het beste voetbal tot op heden. Tegen een ploeg die zich op ons had ingesteld, ik proefde zelfs een beetje angst bij Capelle. Helaas in dat duel zonder resultaat voor ons. Maar aan de andere kant weet je dat straks aan het eind van de rit alle plussen en minnen tegen elkaar zijn weggestreept. Want vorige week bij GVVV waren de rollen enigszins omgedraaid, maar waren de punten voor ons.”
Blessures
Een ander smetje is het aantal serieuze blessures (Hammouti, Pollemans, Van der Waal) waarmee Kozakken Boys in een kort tijdsbestek plots geconfronteerd werd. “Door de breedte van de selectie waarin afgelopen zomer bewust geïnvesteerd is, hebben we het vooralsnog kunnen opvangen. Maar het is duidelijk dat het nu wel moet stoppen met die blessures”, doelt Bot ook op de hamstringblessure van Lucius, die tegen GVVV langs de kant bleef en over wiens inzetbaarheid op korte termijn nog geen duidelijkheid is.
Los van dit alles, voor zijn basisplaats hoeft Bot normaal gesproken niet (meer) te vrezen. “Dat ik er aanvankelijk naast stond, was balen. Zoals voor meerdere jongens die vorig jaar basis waren en naast mij op de bank zaten. Als nieuwe trainer wilde Dogan Corneille in de beginfase zijn eigen accenten aanbrengen, verklaarbaar. Later heeft de staf besloten toch weer terug te vallen op bepaalde vastigheden van voorheen. Spelen vanuit de omschakeling? Dat is en blijft een belangrijk wapen. Maar het spel maken gaat ons ook steeds beter af, hoewel het inderdaad een feit is dat wij uit meer punten halen dan op eigen veld.” Wie echt wil meedoen om de bovenste plaatsen zal…. “Precies, tegenstanders zullen ons ongetwijfeld meer in die rol gaan duwen. Ach, is alleen maar een bevestiging van je reputatie, nietwaar? Weet je, het team is onze kracht en niet alleen binnen de lijnen. En daar kun je heel veel mee bereiken. Een plaatsje bij de eerste acht was vooraf ons streven. Met uitzicht op wellicht meer…” Wat heet!?