’Nu jacht maken op UNA’
Wat doen we? Een punt of voor de winst en dus de periodetitel gaan? Die vragen gooiden de spelers van OJC Rosmalen even snel in de groep na de gelijkmakende 1-1 bij Dongen en met nog een kwartiertje op de klok. Met daarbij de kanttekening dat de Rosmalenaren al een uur met een man minder speelden. ‘Alles of niets’ luidde de beslissing. En het werd alles, met Thijs van der Velden (foto) als goudhaantje. “Nu zijn we wel veilig en kunnen we relatief ongedwongen jacht maken op koploper UNA”, sprak de matchwinner, die in zijn debuutjaar in de hoofdklasse al acht keer doel trof.
De grootste prijs in de geschiedenis van OJC Rosmalen werd uitgebreid gevierd. Met een lekkere start in de kantine van Dongen, een zalige busrit naar het eigen clubgebouw en een kroegentocht in het Bossche uitgaansleven. Dat laatste liet Thijs van der Velden trouwens aan zich voorbij gaan. “Ik moest ook nog terugrijden naar Herpen.” Zijn woonplaats en daar waar hij zich bij Herpinia ontwikkelde tot de speler die hij nu is geworden. Met een tussenstop in de jeugd van FC Den Bosch. “Het systeem dat we nu hanteren is ideaal voor mij. Met Tony de Groot als balvaste, diepe man en ik daaromheen. Voetballend gaat het steeds beter bij ons, maar onze grootste kracht is het collectief. Met die wedstrijd van zondag als beste bewijs. Natuurlijk hadden we geluk dat zij die strafschop misten, maar alles bij elkaar opgeteld vond ik onze winst verdiend. Onze lef door achterin man-op-man te spelen, ook na die 1-1, werd beloond.”
Het toegangsbewijs voor deelname aan de nacompetitie voor promotie naar de Topklasse zit dus al in de achterzak. Achteromkijken hoeft niet meer en zodoende ligt de weg open naar een aanval op het UNA van Bas Gösgens. “We hebben wat dat betreft niets te verliezen en zitten in een flow. Dus wie weet”, legt Van der Velden de druk bij de lijstaanvoerder. Als hij dit seizoen weer uitkomt op zijn gebruikelijke gemiddelde van ongeveer 15 doelpunten, ligt OJC Rosmalen in dat opzicht aardig op koers. “Die twee tegen Dongen waren een beetje gelukkig. Ik kreeg eerder in dit duel veel betere kansen, maar die benutte ik niet. Misschien hebben we de mazzel inderdaad zelf afgedwongen.”