Smeerolie
De spelersgroep loopt weg met hem en de leiding had de intentie om te verlengen. Toch besloot Jan van Deinsen (58) om vanaf medio 2012 een punt te zetten achter zijn trainerschap bij JVC Cuijk. Achter zijn loopbaan als hoofdtrainer in het algemeen. “Ik ben niet iemand die op safe speelt, terwijl het juiste gevoel niet meer volledig daar is. En dat heeft in dit geval niets met de mensen bij JVC te maken, maar alles met mezelf. Ik ben de variabele in dit verhaal.”
Van Deinsen beseft dat hij een risico neemt met deze beslissing. Wat hij voor ogen heeft is namelijk geen gemeengoed binnen de voetballerij en bovendien vormt JVC momenteel zijn enige bron van inkomsten. “Toch zei mijn gevoel dat ik deze keuze moest maken. En dat is het kompas waar ik altijd op gevaren heb. Een topklasser doe je niet zomaar eventjes. Ja, ik ben opa en heb vier kleinkinderen en ja, dat heeft ook meegespeeld. Per saldo wil ik een andere weekinvulling. Maar ik zou wel graag bij het voetbal betrokken willen blijven. Ik denk daarbij aan een adviserende en ondersteunende rol. Met mijn ervaring en knowhow wil ik iets met de jeugd doen, in de scouting, analyses maken, dat soort werk. Eventuele conflictsituaties binnen een club mee helpen oplossen. Misschien zelfs ter ondersteuning op het veld staan, al dan niet bij gelegenheid. Noem het voor mijn part de smeerolie binnen een organisatie zijn. Dat kan bij een BVO zijn, maar dat hoeft niet.”
Automatische piloot
Hij wilde ook vooral eerlijk zijn naar JVC en de spelers. “Ik had kunnen tekenen en denken ‘wat kan het mij bommen en zie over anderhalf jaar wel weer’. Maar zo zit ik niet in elkaar. Daarmee zou ik deze mensen tekort doen en bovendien is het in ieder geval wat mij betreft onmogelijk om iets op de automatische piloot te doen. Geloof me, ik sta hier dubbel in. Heb een paar weken lopen dubben. Maar ik moest deze keuze voor mezelf maken. Hoe groot de onzekerheden die eraan kleven misschien ook zijn. Misschien moet ik over een tijdje wel tot de conclusie komen dat de reacties achterwege zijn gebleven en ik wellicht iets buiten het voetbal moet gaan doen. Zeker in deze tijd is het de vraag of clubs überhaupt budget willen of kunnen vrijmaken”, zegt de man die naast het diploma Coach Betaald Voetbal ook ‘letters gevreten heeft’ in de vorm van twee HBO-opleidingen.
Ogen
Wars als hij is van het hele circus rondom het voetbal en zijn vitamine R-gehalte (van relaties) niet bijster hoog is, gelooft Van Deinsen er heilig in dat hij een substantiële bijdrage binnen een voetbalorganisatie kan leveren in de rol zoals beschreven. “Nog altijd zijn het de ogen die het moeten doen. Daar kunnen geen computers en diploma’s tegenop. Eclectisch denken. Ieder persoon heeft zijn eigen ik. En de grap is het beste daarvan per individu naar boven te halen.”