Voor en met elkaar
Op het moment dat Chris van den Dungen tekende bij Brabantia dacht hij coach van een eersteklasser te worden. “Bezig aan een tweede pittig seizoen bij UDI’19 vond ik dat toen niet eens erg.” Een jaartje in de – relatieve – luwte zit er echter niet in voor hem na de supereindsprint plus titel van de Eindhovenaren. “We zullen met zijn allen volle bak moeten om ons te handhaven.”
Dat zegt Van den Dungen terwijl de selectie na een week training nog niet compleet is. “Ik mis er nog acht, waaronder Rens Wildschut en Roy Vissers. Moeilijk in te schatten dus hoe de verhoudingen liggen. Maar dat het niet makkelijk zal worden, lijkt me op voorhand al duidelijk. Deze Hoofdklasse is mooi vanwege de vele derby’s, maar anderzijds ook loodzwaar. We zullen het in ieder geval als collectief moeten doen. Als we erin slagen het voor en met elkaar te doen, hebben we al een aardige stap in de juiste richting gezet.”
De eerste kennismakingen zijn Van den Dungen alvast goed bevallen. “Mijn assistent Reggie van Gennip en ik zijn warm ontvangen. Zoiets geeft hoe dan ook vertrouwen. De accommodatie kende ik al, die is werkelijk schitterend. Wat me ook is opgevallen: het aantal vrijwilligers dat ik al voorbij heb zien komen. Apart voor stadse begrippen”, vormt Van den Dungen in dat kader het bruggetje naar het verloop binnen de selectie.
Homogeniteit
“Vijftien spelers zijn vertrokken, drie jongens uit de basis van afgelopen seizoen zijn gebleven. De leiding heeft daar adequaat op gereageerd en daar moeten we ook niet te lang bij stil blijven staan. Wat telt is het nu. Het huidige Brabantia beschikt over een frisse groep spelers, waarmee we gericht aan de slag gaan. Homogeniteit zal de rode draad vormen. Hoewel we dus niet compleet waren, vond ik ons in de eerste oefenwedstrijd tegen Jong FC Den Bosch (0-4) in voetballend opzicht al aardig spelen. Uitslagen zeggen in deze fase niet zo gek veel. Een jaar geleden kenden we met UDI een beroerde oefencampagne, maar pakten vervolgens wel ongeslagen de eerste periode.”