‘Zo wilde ik niet afsluiten’
Frank Jongbloets speelde weinig afgelopen seizoen en als dat wel het geval was, haalde ook hij zijn niveau niet. Op die manier wilde hij geen afscheid nemen van DESK. Aangezien de leiding van de club hem nog altijd een rol van toegevoegde waarde toedicht, plakken DESK en Jongbloets er een jaartje aan vast.
“Gelukkig heb ik de laatste tijd geen last meer van blessures gehad. Ik begin weer echt fit te worden en ga er vanuit dat ik die lijn kan doortrekken richting volgend seizoen. Ik wil in mijn zesde seizoen bij DESK een bijdrage leveren aan de wederopbouw. Mocht er een kink in de kabel komen, bijvoorbeeld door blessureleed, dan stop ik met voetballen en wordt de overeenkomst omgezet. Denk daarbij aan commerciële activiteiten voor de club of wellicht een functie binnen de technische staf.”
Voor Jongbloets zal het de eerste kennismaking met de eerste klasse worden. “DESK wil zo snel als mogelijk terug naar de Hoofdklasse, maar wel vanuit een breed draagvlak. Hoe je het wendt of keert, dit seizoen hebben we met zijn allen tekort geschoten. Met name de spelers, hoewel we lang niet altijd zo slecht voetbalden als de stand doet vermoeden. Maar okay, met alleen maar leuk meeballen kom je er niet mee. We kampten eerst en vooral met een schrijnend gebrek aan scorend vermogen. Ik geloof dat we in de laatste acht, negen duels één keer scoorden en die werd ook nog eens gemaakt door de tegenstander zelf.”
Hoofdklasse
Liefst zestien spelers keren de DESK al dan niet vrijwillig de rug toe. Met een paar ervaren mannen en frisse jongeren daaromheen willen de Kaatsheuvelaren een trede lager de basis leggen voor een solide sportieve toekomst. “Ik weet dus niet wat ons exact te wachten staat, maar vanaf moment één moeten we uitstralen dat bovenin meedoen het uitgangspunt is. Dat is gezien de samenstelling van de selectie ook een haalbare kaart, verwacht ik. Ik vind dat DESK het aan zijn stand verplicht om in de Hoofdklasse te spelen en daar vervolgens structureel te blijven. Van dat proces op weg daar naar toe maak ik graag onderdeel uit.”