Weg met het Calimero-denken
Hij stamt uit een echte DSE-familie. Zo was zijn opa ooit materiaalman. Toen Michel Deckers als talentvolle middenvelder werd gevraagd door Unitas’30, stapte hij echter over. En niemand bij DSE die hem dat kwalijk nam. Sinds zijn terugkeer op het oude nest constateert Deckers positieve ontwikkelingen. “We kennen onze plaats, maar niet meer vanuit het perspectief van Calimero.”
Zonder de inbreng van Deckers te bagatelliseren, is vooral de komst van Peter Baan belangrijk geweest voor de totstandkoming van de opwaartse lijn binnen DSE. “Even los van het feit dat hij mijn baas is, mag geconstateerd worden dat Baan de krachten binnen onze club heeft weten te mobiliseren. Hij heeft stelselmatig jeugd ingepast en daar plukken we momenteel de vruchten van.”
Zijn zelfs al geplukt, want in de krankzinnige finale van het afgelopen seizoen palmde DSE het kampioenschap van de vijfde klasse in. “Gevierd? Ha, ik ben een week vrij genomen om die titel en promotie met de nodige drank te begeleiden”, bekent Deckers, met zijn 30 jaar een soort van constante factor in het team. Net op tijd hersteld van een kruisbandblessure om het successeizoen live te kunnen meemaken. “Het gaat best redelijk tot nu toe. Wij weten dat we een prima prestatie leveren als DSE zich handhaaft. Tot begin november hebben we de teams gehad die in de bovenste helft van de ranglijst staan. Tot de winterstop hebben we de gelegenheid om tegen de overige ploegen de benodigde punten te pakken. Om vervolgens verder te bouwen met onze jonge groep spelers.”
Vanzelfsprekendheid
Op weg naar? Want was het niet zo dat de betere spelers altijd werden weggekaapt bij DSE? “Dat is het lot van deze club. Dat is het lot van meerdere kleine clubs. Ikzelf ben destijds ook gevraagd en achteraf ben ik blij dat ik het gedaan heb. Ik heb bij Unitas een mooie tijd gehad, zonder meer. Na een moeizame aanvangsfase, waarin duidelijk was dat er echt een wezenlijk verschil is tussen voetbal in de twee klasse en de vierde- of vijfde. De basis is bij die spelers een stuk beter, zeg maar een vanzelfsprekendheid. Terwijl wij ons bij wijze van spreken nog druk moesten maken om een bal goed aan te nemen. Maar ik paste me aan. Op een gegeven moment leek het of ik met zuurstofflessen op de rug voetbalde. Ik vloog.”
Redenen van persoonlijke aard deden Deckers weer bij DSE belanden. Vliegen doet hij niet meer, daar is de jeugd beter bedreven in. Maar nog altijd vormt het voetbal de rode draad in het leven van de man die op zijn vijftiende debuteerde in het eerste elftal. “Puur naar de resultaten gekeken mag je DSE als de derde club van Etten Leur bestempelen. Een club die waarschijnlijk altijd in de schaduw van die twee zal blijven. Toch bespeur ik tegenwoordig meer zelfbewustzijn en dat is ook gepast. Op onze manier zijn we over de hele linie goed bezig. En ik zie niet in waarom dat eventueel zou kunnen veranderen. Dat mogen we best uitstralen.”